Ligfietsen over de Sierra's van Noord Spanje

Picos de Europa & Pyreneeën 2001

[naar de index

Pyreneeën - Spanje


Klik op de plaatjes voor een grotere versie


Santillana

vrijdag 3 augustus 2001 Nederland - Spanje

De reis begint in Utrecht. Daar laad ik mijn ligfiets in de fietsbus. De fietsbus gaat dit keer naar Spanje. De bus heeft een vertraging van anderhalf uur. In de bus zit een grote groep die in Hendaye uitstapt. Zij gaan met Cycletours een tocht door de Spaanse Pyreneeën fietsen met het luxe bagagevervoer.

Ik kies ervoor om met volledige bepakking een tocht te maken door Spanje. Een lang vervulde wens gaat in vervulling. Het plan is om via de Picos de Europa dwars door de Spaanse Pyreneeën te fietsen.

Na een onrustige nacht stapt de groep vroeg uit. Tijdens het laatste stuk heeft een van de buschauffeurs last van vermoeidheid. Gelukkig kan een chauffeurswissel verdere problemen voorkomen. Ook ik ben enigszins vermoeid als we de bus uitstappen. We zijn nog over met zes fietsers die allen met bepakking door Spanje gaan fietsen. Twee fietsen een rondje van 3 weken langs de Picos de Europa om vervolgens in Logrono weer op te stappen. Twee anderen fietsen in 3 weken naar Nimes en zullen in dezelfde terug bus zitten als ik. De laatste andere fietser gaat ook 3 weken door Spanje fietsen maar heeft een meer zuidelijke route in gedachten.

Pechon

zaterdag 4 augustus 2001 Santander - Pechon (86 km)

De bus komt aan bij het stadion van Santander. Op de parkeerplaats laat ik mijn fiets op en haal ik wat pesetas uit de muur. Het weer is prima, zo'n 25 graden en met een lekker zonnetje. Tijdens de eerste meters trekt mijn ligfiets al veel bekijks. Via een smal weggetje via de noordrand fiets ik Santander uit. Af en toe heb je uitzicht op de kust. Op mijn gevoel zoek ik mijn weg om uiteindelijk op de rustige N611 terecht kom. De kust weg langs Santillana is echter wel druk. Dit prachtige plaatsje is erg toeristisch maar bestaat uit mooie steegjes en indrukwekkende oude gebouwen. In Comillas fiets ik langs een bouwwerk van Gaudi.

Aanvankelijk was ik van plan om vandaag al de Picos in te fietsen. Het is echter al laat en ik besluit naar Pechon te fietsen. Dit betekent op het eind van de dag een pittige klim. De camping Las Arenas ligt hoog boven de zee aan de Costa Verde en is vrij druk (Camping Las Arenas, 2e categoria, 1171 Pts). De camping is opgebouwd uit vele terrassen en loopt steil af naar zee. Ik zoek een prachtig plekje met uitzicht op zee en geniet 's avonds van een prachtige zonsondergang.

Rio Cares

zondag 5 augustus 2001 Pechon - Cangas de Onis (80 km)

Na een korte afdaling fiets ik via een rustige weg naar Panes. In dit plaatsje haal ik een brood bij de plaatselijke bakker. Na de brug gaat de weg geleidelijk het woeste gebergte Picos de Europa in. Even voorbij het drukke plaatsje Arenas sla ik het weggetje in naar Poncebos. Daar parkeer ik mijn fiets op een rustige plaats om een flink stuk te gaan lopen. Het is vol met geparkeerde auto's want is een van de populairste plaatsen van de Picos. Je kan hier namelijk langs de geweldig mooie Rio Cares wandelen. De wandeling begint meteen met een forse klim om vervolgens af te dalen naar de prachtige kloof. De kloof is honderden meters diep en het pad is soms uit de rotsen gehakt. Om elke bocht krijg je een ander uitzichtpunt. Het is ook druk. Het lijkt erop alsof veel Spanjaarden een hard loop wedstrijd houden, zo hard rennen ze over het pad. Na 2 uur wandelen keer ik om en stap weer op de fiets, want het hele pad is iets te veel voor deze dag. Ook de eerst geplande klim naar Sotres laat ik schieten.

Even buiten Arenas ontvouwt zicht een prachtig uitzicht op de pieken van de Picos met als hoogtepunt de Naranjo de Bulnes, de Spaanse Matterhorn. Na een korte klim bij Colondron daal ik af naar Soto de cangas, waar ik op een mooie camping mijn tent op zet (Caming Covadonga s.l. 1175 Pts).

Rio Cares

maandag 6 augustus 2001 Cangas de Onis - Valdeon (90 km)

Ik daal eerst af naar Cangas de Onis met de oude Romeinse brug over de Rio Sella. Vervolgens stijgt de weg langzaam door de kloof Desfiladero de los Beyos. Aan het eind van de kloof klimt de weg het dal uit. Vanaf Ribota wordt het steiler en vervolgens stijgt de weg rustig naar de Puerto del Ponton. De top is niet zo interessant en het uitzicht valt enigszins tegen. Na een korte afdaling stijgt de weg niet al te steil naar Puerto de Panderrueda. Vanaf dit punt heb je een prachtig uitzicht op de Picos. Na een steile afdaling naar Soto de Valdeon zoek ik een camping op.

Hier zet ik mijn tent op om vervolgens zonder bagage naar Cain te fietsen. Cain ligt aan de andere kant van de kloof door de Rio Cares en is bereikbaar via een fraai maar zeer smal en zwaar geaccidenteerd weggetje. Ik heb zelfs moeite om de fiets in de afdaling in bedwang te houden. Er staan verschillende bordjes van 15 en 20% die waarschuwen voor de zeer steile helling.

In het gehucht Cain is het druk. Ik parkeer mijn fiets in een smal zijstraatje en wandel de fantastisch mooie kloof in. Hier is de Rio Cares nog erg smal en is de weg uitgehakt met verschillende donkere tunnels. Na een uur wandelen wordt de kloof breder en kom ik in het gedeelte waar ik gisteren heb gewandeld en keer ik weer om.

Bij de fiets gekomen, begin ik aan de klim. Vlak bij Cain is het een verkeerschaos. Een tiental auto's wil Cain in. De weg is echter zo smal dat er een enorme opstopping ontstaat. Hierdoor heb ik de eerste kilometers van de negen kilometer lang nauwelijks last van auto's. De klim is zeer onregelmatig, vlakke stukken worden afgewisseld met een drietal stoken van 20%. Met veel moeite kan ik de fiets in balans houden en met het lichtste verzet boven komen. Na een lange vermoeiende dag arriveer ik op de camping van Posada Valdeon (Camping Valdeon, 1070 Pts).

Picos de Europa

dinsdag 7 augustus 2001 Valdeon - Potes (63 km)

In Valdeon doe ik eerst wat boodschappen bij de plaatselijke supermarkt en bakker. Even buiten Valdeon gaat de weg steil omhoog. Tot even voorbij Santa Maria is de weg 5 km gruwelijk steil. Met veel moeite kruip ik door Santa Maria waar ik een groep fietsende Spanjaarden passeer. Na Alto de Valdeon wordt de weg wat breder en minder steil. De warmte en de inspanning eisen echter zijn tol. Enkele kilometers later moet ik van de fiets. Ik ben volledig leeg en moet even uitrusten. Als ik van de fiets stap merk ik pas hoe uitgeput ik ben. Ik kan het eten zelfs niet meer binnen houden en blijf even een half uurtje pauzeren. De groep Spaanse fietsers passeren mij weer. Na de pauze fiets ik met veel moeite naar de Puerto de Pandetrave (1562 meter), waar ook de Spaanse groep zich weer bevindt. Op de top geniet ik een tijdje van het mooie uitzicht. De tien kilometer lange afdaling naar Portilla de la Reina gaat vlot. Het landschap is een stuk droger en kaler. In Portilla de la Reina begint de klim naar Puerto de San Glorio. De eerste kilometers zijn vrij vlak, maar vanaf Llanaves de la Reina wordt het steiler.

Door de inspanningen van de dag gaat het toch moeilijker dan verwacht. Het is erg rustig, maar vlak boven de top kom ik twee stellen fietsers met bepakking tegen. Op de top gekomen waait het hard. De omgeving is kaal, droog en woest. Je hebt een prachtig uitzicht op de bergen van Alto Campoo. De lange afdaling naar Potes verloopt zeer snel en is prachtig. De weg kronkelt via verschillende haarspeld bochten naar beneden. Aanvankelijk was ik van plan om door te fietsen naar Fuente De, maar door de zware inspanningen merk ik dat ik danig verzwakt ben. In Potes ga ik daarom op zoek naar een camping. De camping ligt een paar kilometer buiten Potes richting Toribio de Liebana en ligt wat hoger dan Potes. De camping is officieel helemaal vol, maar ik zie er waarschijnlijk zo wanhopig uit dat ze voor mij een uitzondering maken (Camping La Viorna, 1e categorie, 1070 Pts).

Ik kan nauwelijks mijn tent op zetten, zo verzwakt ben ik geworden. De Spaanse buurman uit Sevilla informeert behulpzaam of ik nog hulp nodig heb, maar dat is nog net niet nodig. Na het opzetten van de tent moet ik een uurtje helemaal plat. Naast me staat een Nederlands stel. Zij maken een rondrit door Spanje langs oude kerkjes. Ze bieden mij een biertje aan, maar ik sla deze af want ik voel me nog steeds niet op en top.

  woensdag 8 augustus 2001 Potes - Panes - Potes (64 km)

De volgende dag ben ik nog niet hersteld van de inspanningen van de vorige dag. De combinatie van inspanning, hitte, vochtgebrek en verkeerd voedsel hebben mijn conditie danig verzwakt en mijn maag is ook nog eens van streek. Ik besluit het daarom wat rustiger aan te doen. De geplande klim en wandeling naar Fuente De komt te vervallen. Het is zwaar bewolkt en een klim van 800 meter lijkt mij voor vandaag te hoog gegrepen. Ook moet ik eerst even naar een fietsenmaker, want de verbindingen van mijn bagagedrager zijn afgebroken. De plaatselijke fietsenmaker zit in een garage midden in het dorp. Het kost wat moeite om de verbindingbeugeltjes passend te maken. Om toch nog wat te fietsen, rijd ik via de vlakke weg naar Panes door de kloof van La Hermida. In deze mooie kloof zie ik verschillende gieren hoog boven de rotsen zweven. De rit gaat redelijk voorspoedig en 's middags bezoek ik het prachtige maar toeristische dorpje Potes.

  donderdag 9 augustus 2001 Potes - Aquilar de Campoo (87 km)

Ik voel me de volgende dag redelijk hersteld. De rustige dag van gisteren heeft mij zeker goed gedaan.Vandaag fiets ik de Picos uit via de lange klim naar Puerto de Piedras Luengas. De aanloop is vrij vlak en ook de klim gaat heel geleidelijk. Je ziet al van verre waar de pashoogte ligt. De klim is echter vier kilometer langer dan aangegeven staat op de Michelin kaart.

Na de klim verwacht je een lange afdaling, maar dat valt wat tegen. Je fietst namelijk de hoogvlakte op. De hoogvlakte is veel meer in cultuur gebracht en groener dan ik had verwacht. Na een groot stuwmeer moet ik even wat klimmen, waarna weer een korte maar steile afdaling volgt naar Cervera. Na Salinas fiets ik om het Embalsa de Aguilar de Campoo. Dit prachtige smalle weggetje kronkelt langs het meer en gaat op en af. De rustige camping met wat vervallen voorzieningen ligt aan het meer bij het gehucht Quintanilla midden in het bos beschut van de harde wind en heeft wat oude voorzieningen (Camping Monte Royal, 2e categoria, 830 Pts).

  vrijdag 10 augustus 2001 Aquilar de Campoo - Ameyugo (128 km)

Na Aquilar volg ik 46 km lang de N627. De weg is vrij druk met veel vrachtverkeer maar door de wind schiet het aardig op. Daarna volg ik de BU 503 die veel rustiger maar ook geaccidenteerd is. De klimmetjes zijn niet al te zwaar. Even voor Pza de Sal heb je een prachtig uitzicht en duik je het Ebro dal in. De wegen worden drukker en overal zijn wijnplantages van de Rioja wijn. De M1 is zeer druk, maar onvermijdelijk. De camping van Pancorbo ligt bij een smalle kloof maar ziet er niet echt aanlokkelijk uit.

Ik fiets door naar Ameyugo en moet even zoeken naar de camping. Deze ligt even buiten het dorpje bij een restaurant c.q. picknick plaats. Er zijn nauwelijks andere camping gasten (camping Monumento al Pastor, 2e categoria, 875 Pts).

Rioja

zaterdag 11 augustus 2001 Ameyugo - Estella (140 km)

In Miranda de Ebro sla ik de rustige C122 in. Dit prachtige weggetje volgt het dal van de Ebro tussen vele velden met wijnranken. Het wegdek is op sommige plaatsen nogal ruig, maar dit kan pret niet drukken. In Haro is het even zoeken naar de juiste weg. Via het grote marktplein kom ik op de A3202 terecht, een rustige weg die langs de heuvelrug steeds hoger klimt. Even nabij Elvillar wordt het vrij steil en na de pas verandert het droge landschap in een groene bosachtige omgeving. De A132 schiet lekker snel op. In de buurt van Acedo moet ik aan de kant voor een passerende wielerwedstrijd. Zonder veel moeite kom ik aan in Estella. Estella is een belangrijke plaats op de pelgrimsroute met veel oude gebouwen. Na een bezoek aan de supermarkt moet ik even zoeken naar de camping die enkele kilometers buiten Estella ligt in de buurt van Villatuerta. Estella ligt midden in het Baskenland en de Basken zijn er trots op. Alle borden zijn tweetalig en er zijn veel politiecontroles. De camping is stampvol en alle tenten staan strak opgesteld. Elke plaats is in vier gedeelte opgeknipt en wordt zo ook verkocht. Het is daardoor lastig om de juiste plek te vinden. 's Avonds is een groot fiesta met veel lawaai waar ik na de lange dag niet veel behoefte aan heb (Kanpina Lizarra, 1e categoria, 1102 Pts).

Embalse de Yesa

zondag 12 augustus 2001 Estella - Yesa (106 km)

Om de drukke N111 naar Puenta la Reina te vermijden kies ik de rustige NA 132 na Tafalla. Langs deze weg zijn zeer weinig dorpen. De weg gaat op en af door een droog en dor landschap met veel graanvelden. In Tafalla stop ik bij de bakker en houd een lange pauze. Het is erg warm dus ik doe het rustig aan. Het landschap wordt na Tafalla woester en kaler. De klim naar Alto Lerga gaat traag maar gestaag. Tot aan Sangüesa zijn er slechts een paar dorpen. Daar kies ik de NA 541 via Javier. Na de droge vlaktes zie je direct dat je in de buurt komt van de vochtiger Pyreneeën. De camping ligt aan het mooie Embalse de Yesa. Zoals bij bijna alle campings zijn de voorzieningen prima met goed sanitair (Camping Mar del Pirineo, 1e categoria 1220 Pts).

  maandag 13 augustus 2001 Yesa - Sabinanigo (78 km)

De drukte valt mee op de N240. De weg loopt geleidelijk naar Jaca. Je fietst langs de Aragon tussen de hellingen door. Jaca is een aardige stad met mooie pleinen en een oud fort. De camping ten westen van Jaca ziet er niet bijzonder aantrekkelijk uit en de grote camping ten oosten van de stad is gesloten. Ik fiets daarom even door naar het volgende dorp Sabinanigo. De camping ligt achter een hotel complex aan de N330 even buiten het centrum. Het is rustig want het weer ziet er dreigend uit. 's Avonds valt er een lichte bui (Camping Aurin,1e categoria 1364 Pts).

Torla

dinsdag 14 augustus 2001 Sabinanigo - Torla (46 km)

Na wat inkopen te hebben gedaan bij de supermarkt stap ik weer op de fiets. Het wordt vandaag een korte tocht, maar wel met een behoorlijke pas. In Biescas begint de klim naar Puerto de Cotefablo. Via een paar steile passages klimt de weg geleidelijk naar een tunnel. Het landschap is liefelijk. Na een korte afdaling kom ik in Torla waar ik een camping opzoek (Camping San Anton, 1125 Pts, www.ordesa.net/camping-sananton). De camping wordt druk bezocht door wandelaars, backpackers en Nederlandse natuurliefhebbers. Het plan was om vandaag nog het park Ordese in te fietsen, maar dat is helaas niet toegestaan. Na een prachtige warme dag trekken 's avonds een aantal onweersbuien over.

  woensdag 15 augustus 2001 Torla

Vandaag ben ik toe aan een rustdag. Ik merk dat het fietsen in Spanje toch zwaarder is dan ik had gedacht. Met name gedurende de eerste dagen heb ik behoorlijk mijn reserves moeten aanspreken. De combinatie van hitte, ander drinkwater een opspelende maag en weinig conditie doen een aanslag op je weerstandsvermogen. De laatste dagen is het wel een stuk beter gegaan, maar ik voel me nog niet volledig hersteld. Het plan is om vandaag Ordesa te bezoeken. Van de campinghouder heb ik een simpel kaartje meegekregen met een aantal wandelroutes door het park. Het nationale park is indrukwekkend en lijkt op het Amerikaanse park Zion, met meters hoge rotspartijen en vele woeste watervallen. Het wandelpad loopt parallel aan de hoofdweg waar alleen de officiële bus mag rijden. Ik wandel tot aan de Cascade del Estrecho. Het weer betrekt en een forse stortbui barst los. Bij het eindstation van de bussen blijf ik een uurtje schuilen. Daarna volg ik de hoofdweg naar de camping. Al met al is het een prachtige wandeling door het fraaie park.

Ainsa: Plaza Mayor

donderdag 16 augustus 2001 Torla - Castejon de Sos (107 km)

De weg daalt gedurende eerste 40 kilometers van 1100 meter tot 600 meter bij Ainsa. Deze kilometers verlopen vlot, de weg is breed en recentelijk vernieuwd. Ook het smalle weggetje even voor Boltana langs de kloof is weg gerenoveerd door de aanleg van tunnels. De oude weg is gelukkig nog wel bereidbaar en hier proef je nog de oude charmes van de kronkel weggetjes. Bij Ainsa bezoek het oude centrum. In de middeleeuwen was dit de hoofdstad van het koninkrijkje Sobrarbe en woonden hier de koningen van Aragon. Het Plaza Mayor is fraai.

Na Ainsa klimt de weg geleidelijk naar de Collade de Foradada. Met name bij Samper is het vrij steil en ze zijn al met de weg bezig om steilste passages weg te werken. De afdaling van de Collade is helaas zo voorbij, maar erg fraai. Ik volg vervolgens de N260 verder naar Castejon de Sos. De weg klimt geleidelijk. Bij Congosto de Ventamillo loopt de weg door een smalle donkere kloof. Je fietst drie kilometer tussen loodrechte wanden. Bij Castejon de Sos sla ik rechts af. Meteen bij het water ligt een grote camping, waar ik mijn tent op zet. Je hebt een prachtig uitzicht op de bergen in de buurt en vele parapenters genieten van de aanwezige thermiek (camping 1250 Pesetas).

Banos de Benasque

vrijdag 17 augustus 2001 Castejon de Sos - Bonansa (85 km)

Voordat ik mijn weg weer vervolg op de N250 richting het oosten ga ik nog eerst naar Benasque. Deze plaats is bekend geworden door de ritten die in de Vuelta d'Espagna worden verreden. Ook dichtbij ligt de Maladeta met 3408 meter de hoogste berg top van de Pyreneeën. Tot aan Benasque klimt de weg geleidelijk. Daarna loopt de weg steiler naar een aantal stuwmeertjes, waarna even voorbij Banos de Benasque de asfaltweg op houd. De klim is vrij druk en met mijn ligfiets trek ik weer veel bekijks. Het is een prachtige omgeving met steile bergen aan alle kanten. De afdaling verloopt vlot zonder problemen.

De klim vanaf Castejon de Sos naar Col de Fadas is niet gemakkelijk. Alhoewel niet al te lang heeft de weg toch een paar lastige passages. Ik ben blij als ik de top heb bereikt. Het is dan niet al te ver meer naar Coll de Espina, want meer op een tussen col lijkt. In Bonansa vind ik een aardige camping, waarbij de camping baas trots is op de ANWB goedkeuring (Camping Baliera, 1250 Pts, www.baliera.com).

Congost de Collegats

zaterdag 18 augustus 2001 Bonansa - Llavorsi (95 km)

Na een korte afdaling beland ik in Pont de Suert. Daar volg ik weer de N260. De klim naar Coll de Creu de Perves is niet al te zwaar. De uitzichten op het Maladeta massief des te mooier. Na een lange snelle afdaling beland ik in het dal richting La Pobla de Segur. De omgeving met rode Canyons doet Amerikaans achtig aan. Hoog boven de rotsen cirkelen gieren op zoek naar aas. De weg door Vall de la Noguera is prachtig. De kloof wordt steeds smaller. De hoofdweg duikt een tunnel in, maar als fietser mag je gelukkig langs de oude smalle weg. Het fraaist is de weg bij Congost de Collegats, waar de rotsen meer dan 100 meter hoog zijn. Hier zijn ook veel Spanjaarden bezig met Canyoning en bergbeklimmen. Na Gerri de la Sal wordt de kloof weer breder en beland ik in Sort. In eerste instantie was ik van plan om in dit dorpje te blijven, maar ik besluit om toch nog iets verder te fietsen tot Llavorsi. Het gehele dal is in ban van de watersport. Met name raften is hier erg populair. In Llavorsi vind ik een aardig gemeente camping. Dit kleine bergplaatsje is steil tegen de helling opgebouwd en stikt van de smalle straatjes. Het plaatsje heeft alle voorzieningen (Camping Riberies, 1290 Pts). Op de camping staan ook nog andere fietsers. Een stel uit Engeland maakt een tocht vanaf Barcelona en blijft ook enkele dagen op de camping.

Port la Bonaigua

Llavorsi

maandag 19 augustus 2001 Llavorsi - Bonaigua - Espot (107 km)

Vandaag zal ik een dag zonder bepakking fietsen. De klim naar Bonaigua is een van de weinig passen in de Spaanse Pyreneeën die de 2000 meter overstijgt. De aanloop tot aan Esterri d'Aneu is vrijwel vlak. Het biedt een goede gelegenheid even in te fietsen. In Esterri koop ik wat ansichtkaarten en postzegels. Na het drukke dorpje begint de klim met de talloze bochten. Het stijgingspercentage in de eerste kilometers vallen mee en je hebt een prachtig uitzicht op de vallei. De weg duikt vervolgens een zijdal in. Er volgt een lastig steil stuk over een vrijwel rechte weg. Als de laatste 25 bochten weer beginnen zakt het stijgingspercentage weer terug. Je kan in de verte al de pashoogte zien. Na een vervallen kerkje is de top van de Port de la Bonaigua (2072 meter) al snel bereikt. Je hebt een prachtig uitzicht op de bergen van het nationale park Aigues Tortes. Een zeer fraaie klim. Na wat verplichte top foto's daal ik weer af. Op de top is het vrij fris en verschillende regenwolken waaien voorbij.

De afdaling gaat vlot voorbij waarbij de snelheid oploopt tot boven de 70 kilometer per uur. Ik besluit omdat het nog redelijk vroeg is het dal richting Espot te fietsen. De klim valt echter behoorlijk tegen. Mijn benen zijn nog wat stijf van de afdaling en om dan meteen 10% omhoog te rijden valt niet mee. In Espot wordt de weg steeds smaller en na een passage met echte kasseien is de weg slechts een auto breed. De weg wordt steeds steiler tot het bijna niet meer te fietsen is. Ik schat het percentage tussen de 15 en 20 % en ik moet alle zeilen bij zetten om overeind te blijven. Gelukkig is het niet zo druk, een enkele landrover waagt de tocht omhoog. Na een viertal kilometers na Espot kom ik op de parkeerplaats van het nationale park Aiguestortes. Hier mag gemotoriseerd verkeer niet meer verder en wandelen vele Spanjaarden het park in. Ik mag op de fiets wel verder. Ik fiets nog enkele kilometers door over het nog steeds zeer steile weggetje. Op een mooi punt stop ik en na een broodje besluit ik weer af te dalen. Ook de afdaling is lastig. Ik kan met moeite mijn ligfiets in bedwang houden en als ik mijn remmen los laat word ik gelanceerd. Na Espot is het minder steil en kan ik rustig fietsend de camping bereiken. 's Avonds probeer ik een restaurant te vinden, maar deze gaan pas om negen uur open.

Sort

dinsdag 20 augustus 2001 Llavorsi - Bellver de Cerdanya (105 km)

's Ochtends vroeg neem ik afscheid van het Engelse fietsers die nog een dagje op deze camping blijven. Sort is al snel weer bereikt. Daar begint de klim naar Collado del Canto (1725 meter). Het weer is mooi en de klim stevig. Je hebt al snel een mooi uitzicht op het dal. De weg gaat na Villamur verder omhoog en passeert kleine dorpjes zoals Rubio. De top stelt zelf niet zo veel voor. De afdaling is steil en bochtig. Na Adrall volg ik de drukke weg richting Seo de Urgell. Aanvankelijk was ik van plan om hier mijn bivak op te slaan, maar de stad is weinig aantrekkelijk. Ik fiets daarom door over de N260 door het smalle dal langs de Segre. Er zijn weinig plaatsen en de camping bij El Pont de Bar ligt aan de drukke weg. Ik fiets daarom nog even verder. Martinet is een aardig plaatsje waar ik wat eten voor de avond koop. Uiteindelijk is het zeven uur als ik in Bellver aan kom. De eerste camping blijkt echter drie keer duurder te zijn dan gemiddeld. Het Nederlandse meisje achter de balie kan mij niet overtuigen en ik besluit naar een volgende camping te gaan. Even buiten Bellver vind ik uiteindelijk Camping Bellver, een prettige en betaalbare camping net na de afslag naar de Tunnel de Cadi (Camping Bellver SCP, 1181 Pts).

Bellver de Cerdanya

woensdag 21 augustus 2001 Bellver de Cerdanya - Sant Joan de Las Abadesses (88 km)

Het dal bij Bellver lijkt totaal niet op Spanje. Het heeft meer weg van Zwitserland met zijn groene weiden en zelfs de vakantiehuisjes lijken op Zwitserland. Na het rustige en relatief arme gebied is dit een volledige andere wereld. In Alp doe ik wat boodschappen. Hier begint de klim naar La Molina. De weg loopt door een bebost dal langs een spoorlijntje. La Molina is een lelijk skioord en niet zo interessant. De weg klimt verder richting Super Molina. Even voor de top blokkeert een grote kudde schapen de weg. Ik heb geen haast en wacht rustig tot ze allen over zijn gestoken. Op de top van de Collada de Toses (1800 meter) valt het uitzicht wat tegen. Een snelle lange afdaling voert naar een ander landschap. De bergen zijn lager, maar meer bebost. De afdaling duurt 39 kilometer en in Ripoll fiets ik richting Sant Joan de Abadesses. Ik volg door het dal van de Ter over enkele kilometers een fietspad dat parallel loopt aan de grote weg. Even na Sant Joan beland ik op een kleine maar mooie camping (Camping Abadesses 910 Pts).

donderdag 22 augustus 2001 Ripoll - Vilallonga de Ter (79 km)

Het binnenweggetje langs de GI 521 is een perfect voorbeeld van een rustige weggetje waar het heerlijk fietsen is. De klim is niet steil, maar loopt rustig via vele bochten door een bosrijke omgeving. Het wegdek is niet helemaal meer nieuw, maar daar heb je in de beklimming niet zo veel last van. De collada de Santigosa is met 1064 meter niet zo hoog en je hebt er ook niet zoveel uitzicht. Bij de Collada de coubet die iets lager ligt op de T- kruising met de N265 ontvouwt zich een prachtige kamweg. Zowel rechts als links kan je diep in het dal kijken. Het landschap rond Olot is vulkanisch en de resten zijn nog duidelijk te zien.

In Olot is het even zoeken naar de juiste weg. Ik wil de weg door het parc natural Garrotxa fietsen. Het stuk tot St Pau valt een beetje tegen en ik besluit weer terug te gaan. De klim naar de Collade de Capsacosta is moeilijker dan verwacht. Het is warm en de klim is steil. Met veel moeite kom ik op de top. De afdaling naar San Pau de Seguries is zeer kort en vrij vlak. De camping vlak voor Camprodon ziet er weinig aantrekkelijk uit en ik besluit nog even door te fietsen. Het dal richting Set Cases is fraai. Zo'n 5 kilometer ten westen van Camprodon ligt nog een camping in Vilallonga de Ter. De camping is zeer vol, maar er zijn weinig alternatieven. De camping is met 2500 pesetatas voor een stukje gras ook erg duur, maar door wat af te dingen kan ik nog net mijn laatste Pesetas uitkomen (Camping 1250 Pts).

  vrijdag 23 augustus 2001 Vilallonga de Ter - Llauro (92 km)

Het is wederom prachtig weer. In Mollo kan bij een klein supermarktje het laatste kleingeld op maken. Daarna begint de klim naar Collade d'Ares, een niet al te lastige klim. Van ver kan je al zien waar de pashoogte ligt. Bovenop de top staan een tweetal verlaten douane huisjes. Hier ligt de officiële grens met Frankrijk, maar de Cataloniërs denken er duidelijk anders over. Op de muren staan diverse kreten geschilderd: NI FRANCA, NI ESPAGNA: CATALUNYA; ESPAGNA 350 km, FRANCA 90 km).

Een heerlijke lange afdaling van 45 kilometer volgt dan met een mooi uitzicht op de indrukwekkende Pic du Canigou. In Amelie les Bains pin ik wat Franse franken. In Ceret kies ik voor de smalle D615 richting Llauro. Dit weggetje slingert door het struikgewas omhoog. De hitte maakt dit relatief gemakkelijke klimmetje nog aardig zwaar. De gemeente camping in Llauro is bekend: sober maar met een prachtig uitzicht op de vlakte en de Middellandse zee (Camping Communal 27 FFR).

  zaterdag 24 augustus 2001 Llauro - St Paul (84 km)

Vanuit Llauro klim ik rustig naar Col du Fourtu. De afdaling door de gorge van de Boules is mooi en verloopt vlot. In Ille sur Têt besluit nog eerst langs de supermarkt te Millas te gaan. Deze is helaas gesloten. De klim naar de Col de la Bataile stelt niet veel voor. Via het dorpje Belesta en Caramany daal ik af naar het dal van de Agly.

Langs de Agly arriveer ik in St Paul waar ik de kleine gemeente camping mijn bivak op sla (Camping Municipal de St Paul de Fenouillet, 35 FFr). Het is een camping met twee pleintjes met daar omheen inhammen met de campingplaatsen. 's Avonds is er nog een groot feest met live muziek in het dorp.

Peyrepertuse

zondag 25 augustus 2001 St Paul -Perpignan (92 km)

De laatste dag zal ik pas om 8 uur vertrekken van Perpignan. Ik heb daarom nog even de tijd voor een leuk rondje. Allereerst bezoek ik de machtig mooite gorges de Galamus. Een smal weggetje is spectaculair uit de rotsen gehakt. Via de rustieke d14 fiets ik door het catharen landschap. Boven op de hoogste rotsen bevinden zich de resten van de ruïnes van catharen kastelen. Deze kastelen zien er als onneembare bolwerken uit en dat waren ze ook gedurende lange tijd. Ik besluit om het kasteel van Peyrepertuse te bezoeken. Vanaf Duilhac stijgt de weg zeer steil met stijgingspercentages boven de 15%. Met veel moeite kan ik overeind blijven. Na een half uur ploeteren arriveer ik bij de parkeerplaats en bezoek ik het kasteel. Het kasteel is prachtig gelegen en heeft een waanzinnig uitzicht op de rest van de omgeving.

Na dit mooi intermezzo fiets ik verder en besluit ik de korste weg via de drukke D 117 richting Perpignan te nemen. Gelukkig schiet dit aardig op en arriveer ik op tijd in Perpignan. Voordat ik naar het vliegveld vanwaar de bus zal vertrekken doe ik nog wat inkopen en koop een heerlijke pizza bij een mobiel stalletje. De bus is al gearriveerd en na een opfrisbeurt stap ik in om de terugweg te aanvaarden. Dit is een prachtige laatste dag van een lange tocht die toch erg de moeite waard is.

  https://ridewithgps.com/routes/36148184

 

 


© 2001 Luddo Oh