Oostenrijk, Dolomieten,

Italiaanse Alpen en Vogezen 1994

[naar de index


   
Drei Zinnen 

Klik op de kleine foto's voor meer detail 


 

Dinsdag, woensdag 26 -27 juli 1994 Nederland - Fuchs am Grossglockner

Om 19:00 gaan we op weg richting het zuiden. Dit jaar staan de zware Dolomieten op het fietsmenu: het eldorado voor mountain goats. Om half elf passeren we de Duitse grens, waarna de reis zonder verdere problemen verloopt. Het verkeer is redelijk rustig, de temperatuur redelijk koel en om 7:00 doemen de eerste bergen van Oostenrijk op. Noodgedwongen doordat een aantal wegen afgesloten zijn kiezen we voor een toeristische route over de tolweg Gerlosstrasse. Een smal weggetje slingert door een fraai landschap, maar het uitzicht bovenop de pas valt enigszins tegen en ondanks het vroege tijdstip is het verkeer al zeer druk. De afdaling is echter de moeite waard met een prachtig uitzicht op de Krimmler wasserfälle. Om de benen te strekken en wakker te worden besluiten we 'even' naar de waterval te lopen. Het uitzicht is mooi, maar het voetpad is overvol. Na het bereiken van het restaurant (ongeveer 200 meter hoogteverschil) keren we terug naar de AX. 's Middags arriveren we op een camping in Fusch aan de voet van de Grossglockner op tien kilometer afstand van Zell am See. Het is een kleine overvolle camping met zeer weinig faciliteiten voor teveel mensen. 's Avonds maken we nog een wandeling waarbij we een aantal keer een verkeerde route volgen en uiteindelijk via de asfaltweg weer bij de camping terug keren. 

Grossglockner

Edelweisspitze

Donderdag, 27 juli Grossglockner

60 km, 2400 meter hoogteverschil 
Vroeg in de ochtend is het nog mistig en bewolkt, maar nadat de zon opgekomen is trekt de meeste bewolking weg. Het is een goede dag om een beetje in te fietsen en de Grossglockner is de aangewezen weg om de benen op te warmen. Deze col staat bekend als een van de zwaardere cols van de Alpen (o.a. zwaarder dan de Mont Ventoux) en behoort met een hoogte van 2505 meter tot de hogere cols. Het fietsen gaat moeizaam en de snelheid schommelt tussen de acht en de tien. Duidelijk is dat de conditie nog te kort schiet, maar het uitzicht vergoedt veel. De eerste kilometers gaan door het bos, waarna de weg via dertien haarspeldbochten in een woest berglandschap met een breed panorama en met zeer steile passages omhoog gaat. Bij Fuscher Törl splitst een smal met kasseien bedekt weggetje zich af naar het hoogste punt, de Edelweissspitze (2577 meter). Via een afdaling en twee korte tunneltjes bereiken we Hochtor het hoogste punt van de officiële pas. We besluiten om terug te keren en niet naar de Gletscherstrasse te fietsen (een zeer fraaie weg tot vlak onder de Grossglockner), omdat dit namelijk nog minstens twee uur zware arbeid zou vergen. De afdaling verloopt snel maar we worden herhaaldelijk gehinderd door ander (trager) dalend verkeer. De regen is een teken om Oostenrijk te verlaten en zuidelijker gelegen oorden te zoeken. Via de Felbertauernstrasse, Lienz en Bruneck en bereiken via een zeer bochtig weggetje om twaalf uur Corvara. Na een controle door waakzame carbinieri plaatsen we onze tenten in het duister op de camping neer.


Passo di Sella

vrijdag 28 juli Sella ronde

60 km, 1800 meter hoogteverschil 
De camping heeft een fantastische ligging tussen de steile wanden van het dolomieten gesteente. 's Ochtends verplaatsen we de tenten naar een betere plaats en vroeg in de middag beginnen we aan de Sella ronde. We beginnen met de Gardena, de mooiste en langste beklimming van de Sella ronde. De vele haarspeldbochten, het regelmatige stijgingspercentage en de gigantische kalksteen formaties maken de klim tot een groot feest. De afdaling verloopt snel en de Sellajoch volgt direct daarna. Het begin van de klim loopt vals plat omhoog, maar de laatste bochten zijn behoorlijk zwaar. Bovenop genieten we van het uitzicht op de Marmolada en van het omhoog meegesleepte voedsel. Na een korte afdaling begint de Pordoi. Ondanks de grote naam in de wielerhistorie (de Pordoi wordt bijna elk jaar in route van de Giro d'Italia opgenomen) is deze col makkelijk te fietsen en valt het uitzicht enigszins tegen. De laatste berg van de Sella ronde (de passo di Campolongo) is ondanks het geringe hoogteverschil zwaar hetgeen mede veroorzaakt wordt doordat het de laatste pas van de dag is. Het wegdek bij de afdaling is zeer slecht met diverse gaten en stukken met grind. 
 


Drei Zinnen

Zaterdag 29 juli Tre Croci - Drei zinnen - Giau

90 kilometer, 2711 meter hoogteverschil 
Met de AX en de fietsen zijn we naar Cortina d'Ampezzo gereden om vandaar uit een tocht te fietsen. De Tre Croci rijden we op reserve naar boven. Dit is geen bijzondere beklimming en loopt grotendeels door bebost gebied. De stijging richting San Angelo is echter zeer fraai, waarna we bij het meer slaan we het steile tolweggetje in naar de Drei Zinnen. Na een steil begin en een stukje afdaling gaat de weg direct na de tolpoortjes met vijftien procent omhoog. Vooral de bochten zijn zeer steil en het is zaak om zoveel mogelijk de buitenbochten te nemen. Met een minimale snelheid en balancerend om evenwicht te houden kruipen we omhoog. Na ruim een half uur ploeteren staan we boven op de top en genieten van een fabeltastisch uitzicht. De scherpe dolomietenkammen steken schril af tegen de strak blauwe hemel. 
De afdaling is steil, maar zeer bochtig zodat de snelheid beperkt blijft. Martin breekt echter wel een spaak zodat we nog voorzichtiger afdalen. Na een geleidelijke afdaling tot in Cortina besluiten we om nog de Passo di Giau te beklimmen. De eerste kilometers zijn gelijk aan de beklimming van de passo di Falzarego. Na Pocol slaan we links af. De beboste helling is niet zo zwaar, maar de kilometers van dag beginnen te tellen en het begint al te schemeren. Bovenop is het door de hoogte en het late tijdstip al behoorlijk koud en na een korte pauze dalen we snel af naar Cortina. 
 


Valparola


Corvara

Zondag 30 juli Fedaia- San Pellegrino

90 kilometer, 2072 meter hoogteverschil 
Via een zeer smal kloofdal met diepe afgronden, vele haarspeldbochten en enkele korte tunneltjes bereiken we met de AX vroeg in de ochtend Caprile. De klim van de Fedaia aan de voet van het Marmolada massief staat bekend om zijn snelle afdaling: kaarsrechte wegen, meer dan 15% helling, overzichtelijke bochten. Het is ook erg leuk om deze afdaling als klim te fietsen waarbij je 1043 meter hoogteverschil in 14,5 kilometer overbrugt (7,2% gemiddeld). De weg begint met een steil stuk in het bos waarna een fantastisch uitzicht op een smal, diep kloofdal ontvouwt. De volgende kilometers zijn vals plat maar na enkele restaurantjes volgen enkele super steile kilometers. De stijgingspercentages zijn moordend en de bordjes waarschuwen voor enkele passages van 15%. Er komt maar geen eind aan het steile rechte stuk. Enkele passerende auto's en een bus hebben duidelijk problemen om boven te komen. Het uitzicht op de top is erg fraai: een stuwmeer met daarom heen de eeuwige sneeuw en de toppen van het Marmolada massief. 
De gehele afdaling is zeer fraai met indrukwekkende rotspartijen en diepe afgronden. De stijgingspercentages zijn aan deze kant minder hoog en er zijn weinig rechte stukken zodat de snelheid niet hoog oploopt. 
Na de afdaling vinden we in Canazei een fietsenmaker om een spaak bij Martins voorwiel te vervangen en genieten daarna van een Italiaans ijsje. De volgende kilometers naar Moena gaan licht naar beneden, waarna een makkelijke en lange beklimming volgt door het bos van de passo di San Pellegrino. De laatste kilometers naar de auto lopen licht vals plat omhoog. 

 

Maandag 1 augustus Valparola - Campalongo

55 kilometer, 1200 meter hoogteverschil 
Vandaag is het een "rustdag", dat wil zeggen: slechts twee kleine passen met maar zestig af te leggen kilometers. De passo di Valparola is makkelijk en het uitzicht is indrukwekkend. De Campolongo pas is bekend, maar in de afdaling beschadigt Martin zijn achtervelg. Hierdoor komt de geplande wandeltocht te vervallen. 
 

 

Dinsdag 2 augustus afdaling Karerpass

(27 kilometer, in 40 minuten) 
Dit is de verplaatsingsdag. Door de mankementen van Martins fiets rijden we de Nigerpas met de AX omhoog. De zeer smalle weg kronkelt met zeer steile passages (24%) van 266 naar 1774 meter. Bovenop laden we de fietsen af (hetgeen een aantal woeste blikken van andere fietsers oplevert) en dalen we de 27 kilometers in drie kwartier af met Martin als bezemwagen. In de afdaling worden we zwaar gehinderd door een vervelende bus die geen ruimte geeft. De laatste kilometers gaan door een zeer smal kloofdal waarbij er nauwelijks daglicht meer te zien is! De rood gekleurde rotsen in dit Eggental zijn prachtig. Het temperatuur verschil is in Bolzano duidelijk merkbaar. Na de fietsen weer op de auto te hebben geplaatst rijden we naar Prad aan de voet van de Stelvio. In dit dorp vinden we een fietsenmaker die het euvel aan Martins fiets kan verhelpen. In Prad bevindt zich tevens een familie-camping met een duidelijk Tiroler tintje. 
 


Stelvio

woensdag 3 augustus Stelvio

68 kilometer, 1900 meter hoogteverschil 
De Stelvio met haar 48 bochten blijkt een hoge (2755 meter, het dak van de reis) maar niet moeilijke te beklimmen col. Het totale hoogteverschil bedraagt 1845 meter in 25 kilometer (gemiddeld 7,4%). De weg is vrij druk waarbij de geur van oververhitte remvoeringen overheerst. Bovenop de top is het een grote kermis met een groot aantal souvenirwinkels, restaurants en bradwurst-tenten. Via de onverharde Umbrail pas dalen we af en fietsen enkele kilometers door Zwitserland. 
 


Gavia

donderdag 4 augustus Gavia

60 kilometer, 1400 meter hoogteverschil 
Met de AX rijden we over de Stelvio naar Bormio. Vanuit dit dorp begint de Gavia, een col die de laatste jaren in de Giro d'Italia gemeden wordt door zijn moeilijkheidsgraad. De eerste kilometers vallen reuze mee, waarna zelfs een afdaling volgt. Na een tunneltje begint de klim serieus te stijgen. Enkele stukken zijn zeer steil waarbij de hellingspercentage niet eens meer op de borden vermeld wordt. Na rifugo Berni op 2545 meter is de top bijna bereikt en golft de weg nog enkele kilometers door naar de eigenlijke pas op 2621 meter. Het hoogte verschil bedraagt 1300 meter dat overwonnen wordt in 18 kilometer. De steile gedeeltes maken de klim lastiger dan de Stelvio. 
 


Grand Ballon

vrijdag 5 augustus Grand ballon

70 km, 1500 meter hoogteverschil 
's Ochtends vertrekken we via Zwitserland met de AX richting Nederland. Via de Ofenpas door het Nationale park en de Albula pas bereiken we om 1300 Cernay aan de zuidkant van de Vogezen. In dit plaatsje laad ik mijn tassen op de fiets en rijd ik alleen richting Nederland. 
De eerste col met bagage, de Grand Ballon valt niet mee. De steile stukken dwingen mij tot drie keer toe van de fiets af te stappen. Volledig kapot en met kilometers lang tussen de 6 en 8 km per uur op de teller arriveer ik op de top. Daarna volgen vele moeilijke kilometers over de Route de Crêtes, een weg met weinig hoogteverschil langs de rand van de kam van het Vogezen gebergte. Na de afdaling over de col de la Schlucht bereik ik rond 1900 uur Gerardmer. Dit is een zeer toeristisch stadje met vele overvolle campings. Er is gelukkig nog een plaatsje vrij. 's Avonds is er nog een groot feest in het stadje met diverse bandjes en stalletjes. 
 

 

zaterdag 6 augustus Gerardmer-Dabo

130 km, 1400 meter hoogteverschil 
Vroeg vertrokken (9:00) van de camping, na inkopen te hebben gedaan begonnen met een lichte route dwars door de Vogezen. De temperatuur is zeer hoog (enkele thermometers wijzen 40 graden celcius aan!) Enkele steile klimmetjes zijn niet te vermijden en via een fraai bosweggetje wordt de Col du Donon bereikt. De lange afdaling is zeer fraai. De streek rond de col du Donon is door de dichte bebossing mooier dan de hogere Ballons in het zuiden van de Vogezen. Rond 18:00 arriveer ik op de kleine camping van Dabo. 
 

 

zondag 7 augustus Dabo - St Avold

96 km, 750 meter hoogteverschil 
Om op te warmen ben ik even naar het kerkje boven op de rots van de Dabo gefietst. De twee kilometers zijn behoorlijk steil (een bordje waarschuwt voor 10%) en boven op is er een breed panorama op de heuvels van Lotharingen. De daaropvolgende kilometers door het Lotharingen landschap gaan op en af door een streek met veel landbouw en veeteelt. Er zijn volgens de Michelin kaart weinig campings in deze streek. Ik arriveer daarom al om 15:00 in St. Avold op de camping. De laatste kilometer naar de camping gaat steil omhoog. 
 


Schengen

Maandag 8 augustus St Avold - Hosingen

160 km, 900 meter hoogteverschil 
De dag begint met donkere wolken aan de hemel. Als ik om half negen St. Avold verlaat begint het al snel te regenen en te onweren. In Porcelette schuil ik een uurtje en als het onweer weggetrokken is besluit ik verder door de regen te fietsen. De regen stopt pas op het moment dat ik de Luxemburgse grens passeer. Na het grensplaatsje Schengen volg ik dertig kilometer lang het Moeseldal. Deze vlakke kilometers schieten erg op maar bij Grevenmacher verlaat ik het dal en fiets richting het Müllerthal. Na deze klimmetjes volg ik lange tijd de Duitse zijde van het dal van de Our. Bij Vianden rijd ik via een fikse klim naar Hosingen, waar een rustige Nederlandse camping gevestigd is. 
 

 

Dinsdag 9 augustus Hosingen - Maastricht

180 km, 700 meter hoogteverschil 
Ik begin wederom vroeg aan de laatste etappe. In Clervaux worden de tassen bijgevuld met voldoende proviand. Via Lieler en Ouren fiets ik door het dal van de Our richting België. Het smalle weggetje langs de Our is zeer fraai en wordt ook door andere vakantiefietsers druk bereden. Na de laatste serieuze klim bij Commanster volg ik de grote weg over Vielsalm, Trois Ponts, La Gleize (lichte stijging), Remouchamps, Comblain au pont, Esneux (nog een lastige stijging) en Luik. In Luik volg ik de Maas en om 19:00 arriveer ik in Maastricht. In Maastricht laad ik de fiets op de trein en kom om 22:30 thuis.

 

 


© 1997 Luddo Oh